Het kasteel van Eliat te Sint-Martens-Lennik
Bron: https://www.dreepput.be/verhalen/eliat.php
Titel:Het kasteel van Eliat te Sint-Martens-Lennik
Auteur:Fil Straetmans - Fons Van Droogenbroeck
Aan de Steenstraat te Sint-Martens-Lennik, stond op de plaats "De Cleyt" genoemd, een hoeve met aanpalende gronden.
Het geheel was eigendom van de Brusselse Notaris Gaston Eliat.
Door de aankoop van omliggende gronden op de helling achter de hoeve ontstond een ruim areaal, dat reikte van De Cleyt tot aan de Kothemstraat en de grens met Schepdaal. Daarop liet Notaris Eliat in 1860 een imposant buitenverblijf bouwen. Na het aanplanten van beuken, eiken en andere loofbomen, rondom het buitenverblijf, ontstond een prachtig park met een grote vijver en een ijskelder. Door zijn omvang werd dit buitenverblijf "het kasteel van Eliat" genoemd.
Het kasteel van Eliat met zicht op de prachtige vijver
Het kasteel stond met zijn voorgevel naar het noorden gericht, op amper honderd meter van de Kothemstraat en de toegangspoort ertoe stond pal op de grens met Schepdaal. Notaris Eliat verwierf bijkomende gronden die hem toelieten een dreef aan te leggen, van zijn buitenverblijf, tot aan de Ninoofsesteenweg. Daar werd een portierswoning gebouwd en een hoge getraliede poort geplaatst, geflankeerd door arduinen pijlers.
De prachtige dreef kruiste onderweg, nabij het Schepdaalse centrum, de Oude Geraardsbergsebaan en de Wijngaardstraat. Aan die kruispunten werd doorgang verleend, doch links en rechts ervan stonden arduinen kolommen waartussen kettingen hingen. Die hindernissen verduidelijkten het privé-bezit van de dreef en niemand uit het dorp of elders mocht die betreden!
Het kasteel van Eliat werd vooral 's zomers bewoond. Het telde een gelijkvloers en drie verdiepingen. Het gelijkvloers lag vooraan lager dan achteraan. Het geheel werd overdekt met een, langs de vier zijden schuin naar het midden oplopend dak, tot waar de nok bereikt werd. In het midden van het dak rees een rechthoekig torentje op, hoog boven de nok uit, omringd door een balustrade, met links en rechts ervan een hoge brede schouw. Het torentje en de schouwen werden dwars over de nok heen gebouwd.
Het kasteel van Eliat
Op de bijgaande foto van het buitenverblijf, of het kasteel van Eliat, kan men zien dat het gebouw sterk lijkt op de grote herenhuizen van toen. Men kon ze aantreffen langs de chique boulevards in Brussel en andere steden.
Het kasteel bood aan de Zuidkant (zie foto) vanuit alle ramen op het gelijkvloers en de drie verdiepingen een fraai uitzicht over het dal naar de hoeve aan De Cleyt en de velden naar Sint-Martens-Lennik toe.
Boven het gelijkvloers, midden de achtergevel werd een breed balkon aangebouwd, ondersteund door vier sokkels en omringd door een balustrade. Op dit balkon gaf een raam-deur uit en links en rechts ervan een raam. Naast het balkon stonden links en rechts ervan telkens nog twee ramen. Op de tweede verdieping werd centraal boven het brede balkon een kleiner balkon gebouwd waarop eveneens een raam-deur uitgaf. Dit balkon werd eveneens omzoomd met een balustrade en boven het raam-deur prijkte een Romeins aandoende verlaagde boog.
De derde verdieping droeg geen sierelementen evenmin als het gelijkvloers. Alles wijst er op dat de familie Eliat op de eerste en tweede verdieping verbleef en het dienstpersoneel op het gelijkvloers eronder. Deze indeling beantwoordde perfect aan de toenmalige tijdsgeest ….De Heren boven, de knechten onder!
Van de voorgevel vonden wij geen afbeelding, doch afgaand op de sierelementen die de achtergevel opsmukten, vermoeden wij dat de voorgevel minstens even fraai zal zijn geweest. Omwille van de symmetrie veronderstellen wij dat, boven het gelijkvloers, aan de voorgevel van het kasteel, een aantal brede trappen toegang gaven tot een breed bordes en tot de voordeur en dat boven deze voordeur een ruim balkon was aangebouwd. Zoals aan de achtergevel waren de trappen, het bordes en het balkon vermoedelijk ook met balustrades afgewerkt.
Het groot aantal ramen en deuren, allen met arduinen omlijstingen errond, de fraaie balkons, de balustrades en het imponerend torentje, hoog boven het dak uitstekend, gaven het buitenverblijf van Eliat een kasteelallure.
Het buitenverblijf Eliat veranderde meermaals van eigenaar en werd uiteindelijk in 1920 verkocht aan Mevrouw Adrienne Zoude, weduwe van Notaris Charles, Marie Claes. Mevrouw Zoude had 3 kinderen. Aan deze kinderen: Notaris Charles Louis Claes, Louise Claes, echtgenote van Valentin Brifaut en Leonie Claes, echtgenote van François Houtart, werd de naakte eigendom van het kasteel toegewezen.
Valentin Brifaut woonde tot 1928 op het kasteel van Groenenberg met zijn echtgenote Louise Claes. Deze erfde het domein waarop het kasteel aan de Kothemstraat stond. Reeds in het zelfde jaar 1928 werd het kasteel afgebroken. Het echtpaar Brifaut-Claes liet op dezelfde plaats een nieuw kasteel bouwen.
Naar bovenDe hiervoor vernoemde gegevens over het kasteel van Eliat verschenen in het boek "Bijdragen tot de geschiedenis van Lennik - Zesde reeks)" van de Andreas Masiuskring, artikel geschreven door de heer Raoul De Wolf.